Ludo Baron van Bogaert

Beknopte biografie

 

Ludo van Bogaert werd geboren te Antwerpen op 25 mei 1897 als zoon van Carolus Ludovicus van Bogaert (° 30-08-1862 Moerzeke en + 25-04-1920 Antwerpen) en Marie-Angeline Bauwens (° 08-02-1868 Viersel). Hij is de oudste zoon, er volgen in het gezin nog een dochter (Idalie, ° 1901) en een tweede zoon, Adalbert (1904-1996).

Langs vaderszijde is hij een afstammeling van de familie van Bogaert, die meer dan 350 jaar in Moerzeke (nu een deelgemeente van Hamme aan de Schelde) een belangrijke rol speelde in het plaatselijke politieke en socio-culturele leven. Opklimmend komt men o.m. terecht bij de bekende families Van Marselaere (Heren van Opdorp) en Van der Borcht (Heren van Moerzeke) via zijn overgrootmoeder Maria-Johanna Permentier (1793-1848)

Langs moederszijde ontmoeten we de families Bauwens en Verpoten uit Oelegem, Viersel en Broechem, een twaalftal kilometer ten oosten van Antwerpen. Gummarus Verpoten, zijn grootvader, was een veekoopman en o.m. burgemeester van Oelegem, die stierf twee weken voor de geboorte van zijn kleinzoon.

 

Ludo volgde Latijns-Griekse Humaniora aan het Onze-Lieve-Vrouwecollege te Antwerpen en beëindigde die studies enkele dagen voor het uitbreken van WO I. Zijn ouders waren gevlucht naar Roosendaal maar keerden in oktober 1914 terug, waarop Ludo naar Utrecht vertrok. Hij schreef zich daar in voor voorbereidende studies geneeskunde. In zekere zin is dit niet verwonderlijk: hij is zelf zoon van een geneesheer die zijn sporen heeft verdiend in de strijd tegen epidemieën en een korte monografie heeft geschreven die te Parijs werd uitgegeven.  Een broer én een schoonbroer van zijn moeder waren ook geneesheer. Misschien is dat ook de reden dat zijn broer Adalbert hem zal volgen en met hem zal samenwerken.

Hij legde "cum laude" twee proeven af en trad als vrijwilliger in het Belgisch leger op 18-jarige leeftijd. Hij werd ingelijfd bij de infanterie na zijn brevet van Onderofficier behaald te hebben in Bayeux in 1916.

Achtereenvolgens korporaal, sergeant en adjudant kwam hij terecht bij het 1° Infanterie-Bataljon van het 12° Linieregiment, waarbij op dat ogenblik ook kroonprins Leopold was aangesloten. Tweemaal gewond, de tweede keer zeer zwaar tijdens het Vlaanderen Offensief, werd hij vermeld op de dagorde van het leger op 26 december 1918 :

            " van Bogaert Ludovic, V. d. G., adjudant au 12°de Ligne, 2° Compagnie, Candidat-Officier. Merveilleux de courage et de bravoure, beau caractère, doué des plus belles qualités. A l'attaque du 28 septembre 1918 entraina son peloton dans un magnifique élan à travers le plus violent des barrages d'obus ennemis. Est tombé grièvement blessé par balle de mitrailleuse."

Hij ontving voor zijn moed de militaire decoratie II° Klasse, evenals het oorlogskruis, en werd benoemd tot Onderluitenant van de Infanterie in oktober 1918.

 

Na de oorlog schrijft hij zich in voor studies Geneeskunde in Brussel. Eerst als extern, daarna als intern bij de Hospitalen van Brussel krijgt hij de "Prix  Destrée" en behaalt hetzelfde jaar zijn diploma in de Genees-, Heel- en Verloskunde met de grootste onderscheiding.(1922)

Tijdens zijn buitenlandse stage in Parijs (bij de professoren Labbé en Marie) gaat zijn aandacht definitief naar de studie van de Neurologie en de Inwendige ziekten, mede door het feit dat zijn oorlogsverwondingen hem lange tijd gedeeltelijk verlamd hadden.

Van 1924 tot 1927 werkt hij in de diensten en laboratoria van de professoren Winkler (Utrecht), Brouwer (Amsterdam),  Economo (Wenen), Jacob (Hamburg) en Spielmeyer (Munchen).

 

In België teruggekeerd, bereidt hij zijn speciaal doctoraat voor. In 1927 wordt zijn thesis aanvaard en wordt hij als specialist en geaggregeerde voor de ULB aangesteld.

Van 1923 tot 1949 is hij Hoofd van de Dienst voor inwendige Geneeskunde in Stuivenberg en vanaf 1934 van de laboratoria voor Neuropathologie van het Instituut Bunge.

Ludo huwde op 15 januari 1930 met Marie-Louise-Emilie Sheid, geboren in 1906 als dochter van Louis Sheid (1866-1929), bij zijn leven reder, en Mathilde van den Abeele (1881-1946)

 

Verscheidene Belgische Verenigingen stellen hem aan als correspondent, en hij neemt in die hoedanigheid deel aan congressen  in buitenlandse steden. De lijst opsommen van alle verenigingen waarvan hij lid en Erelid was, zou ons te ver leiden.

Hij gaat ook lezingen geven tot in Scandinavië, en zelfs Oost-Europa. De regering kent hem het kruis in de Kroonorde toe wegens zijn verdiensten.

Zijn wetenschappelijke loopbaan is nauw verbonden met het Bunge Instituut, getuige daarvan zijn de vele publicaties in dit verband.

Het instituut zelf werd in 1927 opgericht, maar het zou nog tot 1934 duren vooraleer het zijn 20 bedden voor de patiënten kon openstellen. De neurologische research werd door Ludo van Bogaert geleid, die van hart- en vaatziekten door zijn broer Adalbert. Dankzij een aantal gulle Antwerpse mecenassen ontwikkelt zich het Instituut tot een wereldbefaamd centrum.

Uit het instituut groeide de Stichting (in 1962), waarvan Ludo lange tijd directeur is.

Bij de oprichting van het RUCA werd een samenwerkingsovereenkomst getekend, en bij het ontstaan van de UIA was dat ook het geval. In 1978 werden dan de neurologie en de cardiologie respectievelijk overgebracht naar de gebouwen van UIA en RUCA.

 

 

De research belette Ludo niet om ook qua geschriften actief te zijn: In 1979 heeft hij reeds 600 publicaties op zijn naam staan. Van 1957 tot 1965 was hij voorzitter van de Wereldfederatie van Neurologen, aan twaalf buitenlandse universiteiten was hij doctor honoris causa en in mei 1962 werd hij door de koning in de adelstand verheven. Als medicus werd hij ook geconsulteerd door Koning Boudewijn, waardoor hij wel eens “lijfarts van de Koning” werd genoemd. De Koning en de Koningin kwamen af en toe op bezoek of voor het souper aan de Elisabethlei.

 

Een anekdote -zoals verschenen in GvA in 1979- :

Gust, de wereldbekende gorilla in de Antwerpse dierentuin die eind jaren '80 overleed, was nog maar 4 jaar toen hij een loodvergiftiging opdeed door de verf van het speelgoed in zijn hok. Het dier werd totaal verlamd naar Bunge gebracht en door Ludo van Bogaert zelf behandeld. De aap kwam er bovenop en groeide op tot een zware kolos.

 

In 1972  wordt hij gelauwerd met de Vijfjaarlijkse Prijs voor Geneeskunde 1966-1970, voor zijn onderzoeksprestaties op het vlak van de klinische neurologie. Prof. Brachet ontvangt de prijs voor de chemische embryologie.

In 1979 werd door de Gemeenteraad van Berchem beslist hem het Ereburgerschap toe te kennen.

In 1980 ontving Ludo van Bogaert de eerste Humanitas-Prijs van de provincie Antwerpen voor zijn belangrijke bijdragen aan de verbetering van de gezondheidszorg in de Antwerpse regio en aan het tegemoetkomen aan de nood van ontelbare zieken. Talrijke Vlaamse vorsers hebben de gelegenheid gehad belangrijk onderzoek te verrichten in de klinieken en laboratoria van de Born-Bunge stichting, en op die wijze heeft hij de kwaliteit van het klinisch werk en de medische research van de Universiteit Antwerpen in aanzienlijke mate bevorderd.

 

Zijn hele leven is hij minzaam en bescheiden gebleven en hij voelde zich vaak wat ongemakkelijk wanneer hij “moest” geïnterviewd worden.

 

Ludo Baron van Bogaert overleed op 4 maart 1989 en liet alles na aan de stichting. Het grootste gedeelte van de objecten die hij bij zijn leven had verzameld, o.m. op zijn verre reizen, werden op veilingen te gelde gemaakt (Amsterdam, Genève, Antwerpen) ten voordele van de Stichting. Maar hij schonk ook een gedeelte van zijn kunstverzameling weg aan musea: zo liet hij zijn collectie schilderijen en andere werken van Rik Wouters na aan het Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen, in totaal zo'n 59 exemplaren. Waarschijnlijk dateert Ludo's interesse voor het werk van Wouters uit 1915, toen de kunstenaar verzorgd werd in het hospitaal te Utrecht waar Ludo werkte. Na de dood van Wouters bleef Ludo in contact met de echtgenote van de overleden kunstenaar. Zijn biblioteek, zijn brieven en manuscripten liet hij na aan de Koninklijke Biblioteek te Brussel. In het voorjaar van 1990 werd een deel van de kunstcollectie geveild bij Van Herck te Antwerpen, en de onschatbare verzameling zilver werd door Sotheby in Genève geveild. Een deel ging ook naar Londen. [2]

Zijn prachtig huis aan de Elisabethlei 16 te Antwerpen (naast het Provinciehuis) stond een aantal jaren leeg (er werd nog door onbekenden brand gesticht) en dreigde te verkrotten. Het werd aangekocht door de Provincie in 1997, die er in 1998 begint aan de restauratie, waarna het pand in gebruik wordt genomen door de Dienst voor Toerisme. Het huis is nu prachtig in orde en heeft een geklasseerde gevel.

 

De ongeëvenaarde verzameling “van Bogaert-Sheid” met de werken van Rik Wouters, die bij legaat aan het Museum voor Schone Kunsten werd geschonken, werd in februari 2002 tot einde mei 2002 in een speciale tentoonstelling aan het publiek getoond. Nadat de werken jarenlang in de kelders waren opgeslagen is nu een speciale zaal ingericht. Werkelijk de moeite om een ijkje te gaan nemen!

 

 

Beschrijving Wapenschild

(uit “Heemtenberg”, tijdschrift Kring voor Heemkunde Berchem, met dank aan Jef Perck)

 

Van keel met een dwarsbalk, vergezeld door drie rechterhanden, dit alles van zilver.

Helm:  gekroond en van zilver

Dekkleden: van keel en zilver

Helmteken: een hand van het schild tussen twee afgewende vleugels van keel.

Spreuk: Ostea Postia, van zilver op een lint van keel

(Otium is vrije tijd, maar ook de tijd voor iets, inzonderheid voor studie en wetenschappelijke arbeid) “Postea” betekent later

Schildhouders: twee omziende arenden van zilver, getongd van keel.

Voor de geadelde: een baronnenkroon

Voor Ludo van Bogaert, geadeld ten persoonlijke titel in 1963.

 

 

 

Selecte bibliografie

 

Charles de Bary, “Etude généalogique sur la famille van Bogaert du Brabant et des Flandres, 1937

D. van Bogaert, “de familie van Bogaert” deel III, 1999 (eigen beheer)

Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek Vlaanderen: “Curriculum Vitae van Dokter Ludo van Bogaert

Verschillende artikels en bijdragen in Gazet van Antwerpen

Prof. Dr. P.G. Janssens, “Ludo van Bogaert, in memoriam

Guido Van Hoof, “Levenswerk research” in De Standaard, 13 juli 1979

Tijdschrift Universiteit Antwerpen, “ Born-Bunge Stichting, ruim 60 jaar wetenschappelijk mecenaat in Antwerpen”, nr 35, april 1997

 

Website van de Provincie Antwerpen, (www.provant.be)

Website van de Stichting Born Bunge (bbf-www.uia.ac.be)

Bij het intikken van de naam “Ludo van Bogaert” kan u verder nog op vele websites terecht i.v.m. zijn wetenschappelijk werk.